Wonder blijft uit voor Wilsum: degradatie een feit
· leestijd 1 minuut SportLELYSTAD - Wilsum had een klein wonder nodig om zich te handhaven in de vierde klasse. Op bezoek bij Lelystad ’67 was winst zaterdag een must. Na negentig minuten stond er echter een 2-0-stand op het scorebord in het voordeel van de thuisploeg en daarmee was degradatie voor Wilsum een feit.
Het wedstrijdverloop was illustratief voor het seizoen van Wilsum. De ploeg van trainer Christiaan Akse was de eerste twintig minuten voetballend de betere, met een veldoverwicht en de meeste dreiging. Uit de eerste de beste kans voor de tegenstander viel de 1-0. De manier waarop het doelpunt viel was eveneens tekenend. Een corner van Lelystad werd in eerste instantie nog weggewerkt maar onvoldoende om het gevaar te bezweren. Patrick Berendsen wist vervolgens met een kopbal Lelystad op voorsprong te zetten.
Wilsum herpakte zich aanvankelijk goed. De rust werd bereikt met 1-0 en in de eerste tien minuten van de tweede helft begonnen de oranjehemden goed. Er waren kansen voor Tomas van der Weerd en Melvin Hofstede. Omdat Wilsum meer risico ging nemen, ontstond er meer ruimte voor Lelystad. Helemaal nadat Patrick Berendsen de 2-0 had gemaakt. Hij scoorde in de rebound nadat doelman Teko Malanda eerst een strafschop had weten te keren. Vervolgens ging Wilsum nog op jacht naar de aansluitingstreffer en ging de ploeg 1 op 1 spelen.
Het mocht allemaal niet meer baten. En daarmee eindigde het seizoen voor Wilsum in mineur. Akse zei na afloop: “We wisten voorafgaand aan het seizoen al dat het heel zwaar zou worden. Vanwege de versterkte degradatieregeling een seizoen eerder was de vierde klasse dit jaar eigenlijk vergelijkbaar met een derde klasse. Toch doet de degradatie pijn en wel het meeste omdat je degradeert als de nummer laatst en ook geen nacompetitie hebt weten af te dwingen.”
Waar Wilsum vorig seizoen zesde werd met een team dat lastig was te verslaan, was dat ditmaal niet het geval. Akse: “Vorig jaar was het hosanna. Nu voelt het voor mij als trainer toch een beetje als falen. In een aantal wedstrijden waren we voetballend de betere maar gaven we het op bepaalde momenten weg. Ik ben er niet in geslaagd om die momenten er uit te halen. Van de andere kant heb ik wel het idee dat we er samen hebben uitgehaald wat er in zat. De spelers kan ik absoluut niets verwijten. Zij wilden net als ik vasthouden aan een aanvallende spelopvatting met vroeg druk zetten.”
In de resterende wedstrijden wil de vertrekkende oefenmeester er alles aan doen om goed af te sluiten. “Dat willen de spelers ook, daar ben ik van overtuigd. We zullen de tegenstanders niets cadeau doen.”
